Jaren geleden, toen ik nog niet zo lang samenwoonde, heb ik eens een blog geschreven met exact dezelfde titel als deze: Mnnen! Het was een relaas over zweetsokken die in sporttassen bleven zitten en dozen oud papier die nog op de mat voor de voordeur stonden, niet te missen en klaar om buitengezet te worden, terwijl de ophaaldienst al geweest en manlief lang en breed de deur uit was. Na die blog ontpopte zich manlief 2.0. Verrukt constateerde ik meer dan eens dat er niets op de hoek van de trap lag om mee naar boven te nemen, en dat hetgeen daar gelegen had al op mysterieuze wijze in de juiste kamer was beland. Vuilniszakken stonden buiten voordat ik er maar met een woord over gerept had. En weg was mijn schrijfinspiratie.
Inmiddels lijkt met het verstrijken van de tijd alles weer een beetje te versloffen. Laatst had ik het hele huis aan kant, wat wegens gebrek aan energie geen vanzelfsprekendheid meer is en nog slechts sporadisch voorkomt. Ik hoop dan ook altijd tegen beter weten in dat het heel eventjes, laten we zeggen een dag, netjes en schoon blijft. Dat valt al niet mee als je een hond hebt die in de rui is, maar dat is niets vergeleken bij een man in huis. Manlief maakte met de hond een boswandeling (lees: modder) op wandelschoenen (lees: profiel). Toen hij van de wandeling was thuisgekomen kon je als Klein Duimpje precies zijn sporen volgen, nadat hij door het hele huis was gedwaald. Op de vloer van de badkamer, aan de kant van zijn wastafel we hebben er twee; is dat decadent? zat een flinke veeg, als in: ik heb ergens mee geknoeid en heb het met een toiletpapiertje weggeveegd en nu zie je er niets meer van (zoiets als de hond die op de bank gelegen heeft en denkt dat je dat niet kan zien, terwijl er hele bossen haren zijn achtergebleven).
Over knoeien gesproken: we eten tegenwoordig bijna alleen nog maar met ons bord op schoot, iets waarvan ik ooit gezegd heb dat ik daar nooit in wilde verzanden. Soms hoor ik tijdens het eten ineens: ‘Kut!’ en dan weet ik precies hoe laat het is. Manlief heeft op zijn overhemd geknoeid en vervalt direct van de ene overdrijving in de andere: Die kan ik wel weggooien/Ik heb helemaal niets meer om aan te trekken/Ik moet gaan winkelen en wel nu!
’s Avonds stond manlief onder de douche in de schone badkamer (de veeg was ook weer weggewerkt) en toen hij de bijna lege fles doucheschuim zo goed mogelijk had opgemaakt, keilde hij de open verpakking over de douchedeur de badkamervloer op. ‘Joh, wat doe je nou?’ riep ik uit. ‘Dat doe jij ook altijd,’ kaatste hij terug, doelend op de washandjes die ik na gebruik keurig uitgewrongen weleens over de douchedeur laat vallen. Zucht.
Wil manlief 4.0 nu opstaan? Als ik weer inspiratie nodig heb meld ik me wel…